Auteur: A. Stam
Na zijn bekering voelde de Spaanse humanist Francisco de Enzinas (1520-1552) een groot verlangen om de Bijbel (eerst het Nieuwe Testament) te vertalen. Dan zouden zijn landgenoten het Woord van God voor het eerst in een rechtstreeks uit de grondtalen vertaalde versie kunnen lezen.
Enzinas begon met het vertaalwerk op aandringen van Melanchthon, bij wie hij in Wittenberg studeerde. Na ruim een jaar was hij ermee klaar, mede dankzij zijn uitstekende klassieke vooropleiding aan de universiteiten van Leuven en Wittenberg.
Als hij de vertaling nu eens, met diens toestemming, opdroeg aan Karel V… Die was behalve keizer van Duitsland tenslotte ook koning van Spanje en heer der Nederlanden. Enzinas liet de opdracht aan Karel V alvast vermelden op het titelblad van de gloednieuwe vertaling. Het idee was even mooi als gevaarlijk. Dat zou blijken.
In Brussel ontsnapt
Eind 1543 kwam Enzinas in Brussel aan, bijna gelijk met Karel V en zijn hofhouding. Enzinas verkreeg audiëntie. De keizer hoorde hem welwillend aan. Beoordeling van de vertaling liet hij echter aan theologen over. Die merkten al gauw dat Enzinas ‘ketterse’ ideeën had. De Bijbelvertaler werd prompt gevangengezet! Dertien maanden bleef berechting uit. Toen is Enzinas op wonderlijke manier ontsnapt. Op een avond ging hij nog even een luchtje scheppen. Twee altijd vergrendelde poorten bleken nu niet op slot te zitten en Enzinas wandelde zo zijn vrijheid tegemoet. „Ik had in de gevangenis al vaak ervaren dat de Heere met mij was. Maar nooit was Hij mij zo nabij als op het moment van mijn bevrijding”, schreef hij later.
Verslag van ketterberechting
Met hulp van een vriend ontsnapt hij via Mechelen naar het minder gevaarlijke Antwerpen, om ten slotte weer naar Wittenberg terug te keren. Daar wijdde hij zich aan belangrijk wetenschappelijk werk, zoals een kritisch commentaar op de eerste besluiten van het Concilie van Trente. Hij correspondeerde uitgebreid met de grote hervormers, zoals Calvijn, Bullinger, Bucer en Petrus Martyr. Het was Melanchthon die hem vroeg uitgebreid op schrift te stellen hoe Enzinas de situatie voor de protestanten in de Nederlanden ervaren had. Daaraan danken wij een uitgebreide, boeiende en verantwoorde beschrijving van marteling en berechting van een aantal Zuid-Nederlandse zogenoemde ketters (m/v). Ter vergelijking beschreef Enzinas ook hoe het zijn protestantse landgenoten in Spanje onder de Inquisitie verging.
In 1548 trouwt Enzinas in Straatsburg met de adellijke Margaretha Elter. Weldra vetrekken ze naar Cambridge, waar Enzinas Grieks gaat doceren. Eind 1552 overlijdt hij in Straatsburg. Niet op de brandstapel, zoals eerder zijn broer Jaime, maar aan de pest, spoedig gevolgd door zijn vrouw. Hun twee dochtertjes worden aan pleegouders toegewezen.
Confiscatie
Nog voordat Enzinas zich bij Karel V meldde, had de overheid de Antwerpse drukker Mierdman al verboden door te gaan met het drukken van het Spaanstalige Nieuwe Testament. Wat reeds verkocht was, moest hij terughalen. De meeste exemplaren van dit NT zijn vernietigd. Zeer belangrijk is echter, dat de latere Spaanse Bijbelvertaler Casiodoro de Reina heeft kunnen voortbouwen op het werk van Enzinas (die zich ook bediende van zijn vergriekste naam Dryander).
P.S. Het bovenstaande is grotendeels een samenvatting van de Nederlandse vertaling van Enzinas’ verslag: ‘Bericht over de Toestand in de Nederlanden en de Godsdienst bij de Spanjaarden’, vertaald en toegelicht door Ton Osinga en Chris Heesakkers; 255 blz.; uitg. Verloren, Hilversum, 2002.